terug
Index
volg oef
Plein16H2wwavt
vul tt, vt en vd in
invullen
hangen, laten zien, tonen, aanwijzen, huilen, missen, pakken, schilderen
Vul de tegenwoordige tijd in, de verleden tijd en het voltooid deelwoord
hangen
ik
.....................................ik
.
jij
....................................jij
.
hij
...................................hij
zij
...................................hij/zij
.
wij
................................wij
.
jullie
.............................jullie
.
zij
................................zij
.
ik heb
.
laten zien
ik
zien.............................ik
zien .
jij
zien.............................jij
zien .
hij
zien............................hij
zien .
zij
zien............................zij
zien .
wij
zien..........................wij
zien .
jullie
zien.......................jullie
zien .
zij
zien..........................zij
zien .
ik heb
zien .
tonen
ik
.................................ik
.
jij
................................jij
.
hij
...............................hij
.
zij
...............................zij
.
wij
..............................wij
.
jullie
...........................jullie
.
zij
..............................zij
.
ik heb
.
aanwijzen
ik
aan...........................ik
aan .
jij
aan..........................jij
aan .
hij
aan.........................hij
aan .
zij
aan.........................zij
aan .
wij
aan......................wij
aan .
jullie
aan...................jullie
aan .
wij
aan......................wij
aan .
ik heb
.
huilen
ik
.................................ik
.
jij
................................jij
.
hij
...............................hij
.
zij
...............................zij
.
wij
............................wij
.
jullie
.........................jullie
.
wij
............................wij
.
ik heb
.
missen
ik
.................................ik
.
jij
................................jij
.
hij
...............................hij
.
zij
...............................zij
.
wij
..........................wij
.
jullie
.......................jullie
.
wij
..........................wij
.
ik heb
.
pakken
ik
................................ik
.
jij
...............................jij
.
hij
..............................hij
.
zij
..............................zij
.
wij
.........................wij
.
jullie
......................jullie
.
wij
.........................wij
.
ik heb
.
schilderen
ik
..........................ik
.
jij
.........................jij
.
hij
........................hij
.
zij
........................zij
.
wij
.....................wij
.
jullie
..................jullie
.
wij
.....................wij
.
ik heb
.
nakijken
OK
terug
Index
volg oef